Afstemming over afdoening ZSM-besluit
In Midden-Nederland hebben de samenwerkende netwerkpartners een werkwijze opgesteld om de terugkoppeling over een ZSM afdoeningsbesluit goed te regelen. Alfred Folkeringa, Eenheidscoördinator Zorg en Veiligheid Midden-Nederland, vertelt hoe ze dat doen. “Het gaat erom de informatiestroom tussen gemeenten, zorg- en veiligheidshuis en het Openbaar Ministerie goed te organiseren.”
“Bij een melding kan de agent op straat direct zien dat het om een Levensloopcliënt gaat en wat de afspraken zijn. Informatie over een afdoening door het Openbaar Ministerie gaat direct naar het zorg- en veiligheidshuis. En zij nemen het weer mee in het casusoverleg. Zo is de keten weer rond.”
“Bij een melding kan de agent op straat direct zien dat het om een Levensloopcliënt gaat en wat de afspraken zijn.”
Abonnement
“Het begint allemaal bij het politiesysteem Amazone. Een levensloopcliënt wordt opgenomen in dat systeem. Een politiemedewerker vult dat in en zorgt voor het aanmaken van een ‘abonnement’ voor deze persoon. Daarvoor hebben we binnen het zorg- en veiligheidshuis, met alle partners die erbij betrokken zijn, een standaard formulier ontwikkeld. Daarin vult iedere partner de informatie in die wij nodig hebben om ons werk op straat goed te kunnen doen.”
Contactpersoon en handelingskader
“In dat formulier staat dat een persoon is opgenomen in een persoonsgerichte aanpak, zoals de Levensloopaanpak. En wie de contactpersoon is per organisatie. Dat is cruciaal om goed samen te kunnen werken.”
“Ook het handelingskader wordt er beknopt in opgenomen. Dus: wat moet je doen als je iemand op straat tegenkomt? Dat kader komt voort uit bijvoorbeeld een casusoverleg in het zorg- en veiligheidshuis.”
Op straat
“De agent op straat ziet de verkorte versie van de informatie op zijn telefoon. Hij weet zo dat iemand een levensloopcliënt is en wat hij moet doen als hij deze persoon op straat tegenkomt. Dat kan bijvoorbeeld zijn: direct aanhouden, ook bij een klein delict, als dit zo is afgesproken in het overleg. Of: bij een klein feit, niet aanhouden maar alleen corrigeren.”
Bejegening
“In 2024 wordt het politiesysteem Amazone vervangen door een nieuw systeem: Monitoren Personen en Groepen. In dit systeem is het ook mogelijk om snel te lezen hoe je iemand het beste kunt bejegenen. Bijvoorbeeld: Let op, deze persoon komt heel agressief over door een hersenbeschadiging. Deze agressie is doorgaans niet fysiek maar verbaal. Dan weet je dat iemand niet direct een wapen trekt of jou een mep geeft.”
ZSM
“Na een aanhouding wordt een persoon aangemeld bij ZSM. Daar zit een medewerker van de politie. Die ziet in het systeem direct dat er afspraken zijn gemaakt vanuit een persoonsgerichte aanpak. Deze afspraken worden gedeeld met de officier van justitie. Die weet zodoende wat er is afgesproken en neemt dat mee in zijn besluit om te komen tot een (betekenisvolle) afdoening.”
Na afdoening
“Na afdoening, als een cliënt in de Levensloopaanpak zit, verstuurt het Openbaar Ministerie de afdoening direct naar de inbox van het zorg- en veiligheidshuis. Bij een lokale persoonsgerichte aanpak wordt de afdoening via een beveiligde mailbox verzonden aan de gemeente waar de persoon in de aanpak zit. Daarmee hebben we de keten weer rond gemaakt. Want de informatie uit de afdoening wordt weer besproken in het casusoverleg: Wat betekent deze afdoening voor een volgende keer?”
“We maken de keten rond. In het casusoverleg bespreken we: Wat betekent deze afdoening voor een volgende keer?”
Arbeidsintensief
“Dit is best een omslachtige werkwijze. De politie moet extra werk doen. Verschillende systemen vullen en meerdere functionarissen zoals de (hulp) officier van justitie moeten geïnformeerd worden. We hebben allemaal verschillende postbussen die we moeten bijhouden. Maar in Midden-Nederland vinden we dat dit nodig is om met elkaar betekenisvol te kunnen optreden voor deze mensen. Met de komst van nieuwe systemen zal dit op termijn hopelijk geautomatiseerd kunnen.”
“Dit is best een omslachtige werkwijze. Maar we vinden met elkaar dat dit nodig is om met elkaar betekenisvol te kunnen optreden voor deze mensen.”
Opleiden
“De opstart van deze werkwijze had nog wel wat voeten in de aarde. Want je moet eerst iedereen opleiden. We hebben allerlei trainingen en sessies gedaan. Briefings gehouden om medewerkers mee te nemen. En nu loopt het goed. Niet perfect, dat is het nooit. Maar je ziet wel dat het werkt.”
Meer weten?
Neem contact op met Alfred Folkeringa via alfred.folkeringa@politie.nl.